Lieve Blancquaert: het Mexicaanse Dodenfeest maakte grote indruk
Fotografe en documentairemaakster Lieve Blancquaert reisde de wereld rond om het einde van het leven inbeeld te brengen. De documentairereeks die ze hiervan maakte, getiteld ‘Last days’, is het laatste deel van een indrukwekkend drieluik. Eerder maakte ze ‘Birth day’ en ‘Wedding day’.
Heeft het maken van deze serie je visie op verlies veranderd?
“Dit project was één grote confrontatie met mijn eigen sterfelijkheid, wat soms best heftig was. Tegelijkertijd was het ook troostend. Uiteindelijk wacht ons allemaal hetzelfde lot. Vanuit onze Westerse cultuur is de dood nog een taboe, iets dat we het liefst ontkennen en waar we liever niet over nadenken. Ook vinden we het vaak moeilijk om een dood lichaam te zien. Die angst heb ik totaal niet meer. Ik denk juist dat het heel belangrijk is om het lichaam van een overledene te zien, misschien zelfs aan te raken.”
‘Het Mexicaanse Dodenfeest maakte diepe indruk op me’
Welke les heb je geleerd uit het maken van ‘Last days’?
“Ik weet nu dat afscheid nemen ontzettend belangrijk is. Pas sprak ik een vrouw die in een jaar drie familieleden had verloren. Allemaal waren ze abrupt gestorven. Het feit dat ze geen afscheid had kunnen nemen, vond ze het zwaarst. Weet je dat iemand in je omgeving binnenkort zal overlijden? Durf dat dan heel bewust met diegene te bespreken, en andersom ook.”
Hoe bedoel je andersom?
“Wanneer je zelf weet dat je einde nadert, denk ik dat het goed is om hier een plan voor te maken. Een vriend van mij heeft na een heftig ziekbed voor euthanasie gekozen. Op zijn laatste dag zorgde hij ervoor dat hij ‘aanwezig’ kon zijn bij zijn eigen begrafenis. Zijn vrienden lazen hun speeches voor en ze luisterden samen naar de muziek en teksten die later op de begrafenis te horen waren. Voor iedereen die er bij was, bleek dit een ongelofelijk belangrijk deel in het rouwproces.”
Van welke cultuur kunnen wij het meest leren?
“Op 1 en 2 november vieren de Mexicanen Dia de los Muertos: het dodenfeest. Het geloof is dat de zielen van de overledenen dan rondhangen bij hun graf. Mensen trekken massaal naar begraafplaatsen om daar twee dagen te blijven. Ik was ’s ochtends bij een groep dronken mannen die rond het graf van hun overleden vriend stonden te zingen, te huilen, te praten en te lachen. Al vijftien jaar lang kwamen ze daar, en al vijftien jaar lang bakte de moeder in de ochtend tortilla’s voor ze.
Het feit dat er anderen waren die haar zoon ook niet waren vergeten en die hem ook misten, was voor haar een enorme troost. Door op die manier met de dood om te gaan, geven ze die moeder de kans om ten minste eens per jaar openlijk haar verdriet te tonen. Dit maakte diepe indruk op me. Wanneer iemand in onze cultuur een kind verliest, durven mensen daar bijna niet over te spreken. Wij mogen wel wat meer ons best doen om verdriet om het verlies van een dierbare bespreekbaar te maken.”